Ile de Beauté wordt Corsica ook genoemd. Het is een schitterend eiland, ook zeker een Ile du vin. Er wordt door de eeuwen heen al relatief veel wijn verbouwd. Het zijn wijnen van eigen, karaktervolle druivenrassen met Italiaanse namen, omdat Corsica heel lang Italiaans is geweest. Gelet op de lange geschiedenis van het eiland is het niet verwonderlijk dat er sprake is van een heel eigen cultuur met Italiaanse en Franse invloeden. Zo ook in de wijnbouw.Van grote betekenis is de komst van zeer veel pieds noirs geweest. Zij zijn repatrianten die eind jaren vijftig en begin jaren zestig de toenmalige Noord-Afrikaanse koloniën moesten verlaten. Zij plantten ook, tot dat moment voor Corsica, onbekende druivenrassen, die zij meenamen uit Algerije zoals carignan, alicante-bouchet, cinsaut en ugni blanc. Dat ging ten koste van de authentiek Corsicaanse druivenrassen. De pieds noirs ontgonnen ook grote delen van het eiland en legden, met behulp van bulldozers en dergelijke magnifieke wijngaarden aan, vooral aan de oostkant van het eiland.

De gemiddelde productie ligt op 333.000 hectoliter. Corsica telt 9 streken die recht hebben op een AOP en 2 op een IGP. De AOP Corse is met een productie van ruim 67.000 hl de grootste. Meer dan de helft van de productie op dit eiland is rosé, daarna volgt rood, wit en zoete muscat.

Interessante producenten zijn onder andere Clos Venturi; wit, rosé en rood vallen goed in de smaak. Ook de witte wijn van Clos Capitoro mag er zijn: zeer expressief aroma en een goede concentratie, veel citrus. Domaine Casablanca brengt een zeer smaakvolle rode op de markt: 2011 excellence. Mag dan ook wel met zo’n naam.

Door Jean-Paul Tuil van Images & Entreprise uitgenodigd voor een “terroirlunch” in het restaurant Corse.